Indische graven hebben een bijzondere aantrekkingskracht. Het zijn zeer vergankelijke monumenten die getuigen van een andere tijd, een andere wereld, zijn anders dan in Nederland, dragen bijzondere teksten en hebben prachtige namen ingekerfd gekregen. Het zijn monumenten uit die andere Nederlandse wereld die inmiddels historie is geworden en waarvan de levende herinnering steeds verder van ons afdrijft.
De meeste van die fraaie graven zijn inmiddels verdwenen: na de dekolonisatie zijn ze verlaten, verwaarloosd, vergeten en door moderne stadsuitbreidingen geruimd. Soms zijn er nog oude foto’s van bewaard gebleven: keurig onderhouden graven in zwart-wit te Magelang, Medan of Semarang. Nazaten zijn zich dikwijls amper nog bewust van hun bestaan.
Op enkele plekken in modern Indonesië zijn ze nog. Een mirakel. Zoals in Surabaya vele honderden (Peneleh). Of verspreid over de archipel op de erven van suikerfabrieken of op christelijke begraafplaatsen die ooit vol lagen met Nederlandse graven maar die nu een steeds chineser karakter krijgen, waar de oplettende bezoeker in een vergeten hoekje tussen de moderne graven nog weleens een paar ‘ kuburan belanda’ kan aantreffen, zoals op Soekoen in Malang of Petamburan in Jakarta. Ook de geconserveerde graven op Tanah Abang en bij de Gereja Immanuel (Portugese Buitenkerk), beide in Jakarta, zijn een bezoekje waard. Hieronder enkele ‘ shots’ van die aparte sfeer, toen en nu. Uit onze eigen familie-albums of zelf geschoten.
Hiernaast een foto, afkomstig uit een gerampokt album, uit een ver, niet direct gerelateerd, aangetrouwd deel van de familie. De gelegenheid is onbekend en de afgebeelde personen zijn ook onbekend, m.u.v. 2e persoon van rechts: Annita Victorine Clignett (1892-1991), ten tijde van deze opname (als na 5-6-1918) gehuwd met Johannes Leonardus Saurwalt (1895-1937). Mogelijk betreft het een rustmoment tijdens een uitstapje. De locatie is Fort Speelwijk, Bantam, Serang, West-Java, jaren 20-30. De graftekst luidt: Hier legt begraven den Heer Iacob Wils Iunior in leven onderkoopman en fiscaal deser besitting overle den den 19 maart ao. 1769 |
Hierboven Museum Taman Prasasti, vm. Tanah Abang, te Jakarta.
.
PORTUGESE BUITENKERK (‘Gereja Emmanuel’), Jakarta
In deze kerk uit 1692 kun je de VOC gewoon ruiken. Er staat zelfs nog een stoel die voor de Gouverneur-generaal
was gereserveerd. En die stond niet ergens achteraan. De wapenborden, het interieur, de teksten, de bouwstijl,
je bent gewoon terug in de tijd van de Kompeni. En buiten ligt het verse graf van G.G. Zwaardecroon, al bijna 300 jaar.
Hier onder rust
de Weledele Heer
Henric Zwaardecroon
Oud Gouverneur Generaal van
Nederlands India Gebooren tot
Rotterdam den 26 January Ao. 1667
en overleden tot Batavia
den 12 augustus Ao. 1728
PEUTJOET, in KOTA RADJA (BANDA ACEH), Nrd. Sumatra
Lees eerst de vele boeken over de Atjeh oorlog, variërend van Paul van ’t Veer tot de veel oudere werken van o.a. Zentgraaff en Schmidt, of zuig informatie op via de talloze Tanda Mata KNIL boeken. Ze liggen bij elke De Slegte. Onderga de verloren patrouille-Nutters, zo beklemmend beschreven door Szekely-Lulofs. Daarna naar Banda Aceh.
Via de gerestaureerde erepoort – met daarop in marmeren tafelen de vele gesneuvelden sinds de 1e Atjeh-expeditie – Peutjoet betreden, het is een onvergetelijke ervaring. Al die namen, jaar na jaar. Dan dat veld van Eer waar de helden rusten. “Aan onze kameraden gevallen op het Veld van Eer” staat boven de ingang gebeiteld. Da’s nog eens wat anders dan een multifunctioneel verzetsmuseum met diorama’s in Nederland.
Verstild verleden, Nederlandse krijgshistorie die zijn weerga niet kent. Inderdaad, Web, Campioni, en die krijgsheer der bergen, de Toean Guntur van de Marechaussee, Darlang. Hier was het. Ongelooflijk.
Gesneuveld door klewangaanvallen, rentjongs, zeemijnen, vuurgevechten, hinderlagen, ziekte en uitputting, Afghanistan verbleekt erbij.
Te bedenken dat de Nederlandse overheid geen geld wil besteden aan het onderhoud van Peutjoet, waar onder haar commando
gesneuvelde onderdanen onder de tropenzon rusten, in tegenstelling tot de erevelden van de 2e Wereldoorlog.
‘S LANDS PLANTENTUIN (KEBON RAYA) in BOGOR
In de lome luwte van ’s Lands Plantentuin in voormalig Buitenzorg ligt stil verscholen in het gebladerte de oude Hollandse begraafplaats met graven van koloniale notabelen, waaronder een Gouverneur-Generaal.
Mooie en bekende namen, zoals Van der Parra Breton Vincent of Rochussen. De gehele tuin is een oase van rust in het hectische Bogor en ligt op een steenworp afstand van het paleis waar ooit de Nederlandse gouverneurs-generaal zetelden. Denk o.m. aan de slotscène uit de Max Havelaar film met Peter Faber, waarin deze op audiëntie komt om voor zijn zaak te pleiten; de almachtige GG keurt hem geen blik waardig, sterker, ontvangt hem niet eens.
Nu rust daar zo’n machtige Gouverneur-Generaal die ooit over vele miljoenen heerste, onder het donkere lover van een laatste restje Hollands aandenken aan de periode dat deze gordel van smaragd zich onder Nederlands bestuur om de evenaar slingerde.
Daar sta je dan als Hollandse toerist. Je zou er stil van worden, maar dat is het daar toch al. Een serene stilte hangt over deze voorname begraafplaats. Behalve op zon- en feestdagen als de dagjesmensen na het aangenaam verpozen hier hun troep achterlaten. De G.G. draait zich misschien wel om in z’n graf.
TJIBADAK
Afgezien van de grote Europese begraafplaatsen die vrijwel allemaal zijn verdwenen, waren er de incidentele graven op erfjes van suikerfabrieken, plantages, houtvesterijen e.d. Als er nog een steen met tekst op ligt zijn ze eventueel nog te dateren. Dit soort verspreide graven liggen over de hele archipel. Enkele tientallen kilometers ten zuiden van Bogor (vm. Buitenzorg) loopt het treintraject via Masing en Tjibadak naar het zuiden. Daar ligt op het terrein van de voormalige kalkbranderij in Tjibadak het graf van de toenmalige eigenaar A.J. Vrossink. Of er destijds in de omgeving van Tjibadak een Europese begraafplaats lag, is mij onbekend.
EUROPESE BEGRAAFPLAATS PROBOLINGGO (geruimd 1977)
De oude Europese begraafplaats van Probolinggo. Omstreeks 1977 is deze geruimd voor, hoe kan het ook anders
in een moderniserend Indonesië, een winkelcentrum. Het standaardverhaal.
Foto’s van het deplorabele eindstadium van deze begraafplaats zijn niet voorhanden, wel bijgaande beide zwart-wit foto’s
uit de jaren 20 of 30 van, zeer waarschijnlijk, het graf van echtpaar Thal Larsen.
De grafschiften zijn destijds in de bekende werken van Bloys van Treslong Prins gepubliceerd.
Bij het ruimen van de Europese begraafplaats zijn de gevonden stoffelijke resten bijgezet op de begraafplaats Angguran, in een buitenwijk van
hedendaags Probolinggo gelegen. In een opgetrokken gemetseld gebouwtje zijn alle gevonden resten bijgezet.
Een soort overdekte beenderenkuil. Hieronder een beeld hiervan, en een blik die ik daarin mocht werpen.
SOEKOEN (Malang)
Hieronder een impressie van de Nederlandse graven op de Christelijke begraafplaats ‘ Soekoen’ (Sukun) te Malang.
Er zijn nu nog vele tientallen nederlandse graven aanwezig, van de ooit honderden. Bij elk volgend bezoek merk ik
dat er weer enkele graven zijn verdwenen en heruitgegeven voor nieuwe, meestal chinese graven.
Links: KNIL-militairen bij het grafmonument op Soekoen van de op 10 april 1932 te Malang verongelukte wachtmeester bij de bergartillerie L.J. Bock. Bij een rit tussen Malang en Blimbing gleed het paard uit en viel de wachtmeester met zijn hoofd op de grond en was vrijwel op slag dood. (bron: J. Bock) Rustplaats van Leonard Joseph Bock wachtmeester der artillerie geboren te Vaals 11 september 1906 overleden te Malang 10 april 1932 door een noodlottig ongeval om het leven gekomen R.I.P. |
Ereveld Kembang Kuning (Surabaya)
Het K. Doorman-monument op het Nederlandse Ereveld Kembang Kuning te Surabaya met de indrukwekkende tekst van Michiel Adriaansz. de Ruyter. Kembang Kuning, Surabaya, overzicht vanaf het centrale ontmoetingspunt
Begraafplaats Kembang Kuning (Civiel)
Een van de indrukwekkendste monumenten en zeer bekend bij de ‘ ingezetenen’ op Kembang Kuning, is het graf met de treurende piloot n.a.v. de ramp met de MLD Dornier vliegboot D26 in 1932.
Soember Waras en Sentong (Lawang)
De voormalige nederlandse begraafplaats Soember Waras te Lawang is in 1982 geruimd.
Op de nieuwe, voornamelijk chinese begraafplaats Sentong, eveneens te Lawang, bevindt zich een
verzamelgraf waarin alle bij de ruiming gevonden stoffelijke resten zijn bijgezet.
In het register van de begraafplaats Sentong staan diverse namen vermeld van graven die zijn geruimd en waarvan
de resten hierin zijn bijgezet. Deze lijst is niet compleet omdat Soember Waras al in 1946 ernstig is gerampokt door de TNI
en er – uit eigen ondervinding- geen complete inventarisatie van Soember Waras bleek te zijn.
Op de voorgrond het massaverzamelgraf van de in 1982 geruimde Nederlandse begraafplaats Soember Waras, Lawang. Het verzamelgraf bevindt zich te Sentong, Lawang. “Pemindahan Kerangka Dari Makam Kristen SumberWaras Lawang Tahun 1982“
OOSTERBEGRAAFPLAATS, AMSTERDAM
Geen Indisch graf in de Indische archipel, maar wel een zeer indrukwekkend grafmonument van, hoe je er ook over mag denken,
een groot militair met visie die daadwerkelijk ‘iets grootsch heeft verricht’ daar in Indië. Ook de Indonesiërs beamen dit.
Van Heutsz heeft in feite Nederlands-Indië gepacificeerd en voltooid (’n gevaarlijke term tegenwoordig maar destijds algemeen
aanvaard) en daarmee huidig Indonesië vorm gegeven.
Hier opnames van diens graf bij de hoofdingang van de Oosterbegraafplaats, voordat deze enkele jaren geleden (ca. 2004) is
verplaatst naar een minder prominente plaats. Misschien is de veranderde tijdgeest daar wel debet aan geweest.
Als reden werd gegeven de gezichtslijn zoals de architect deze ooit had bedoeld ….
DE “RATOE ADIL” WESTERLING
Op dezelfde begraafplaats: een minder opzichtig graf dan Van Heutsz, maar van een militair die minstens even bekend danwel berucht is vanwege zijn wapenfeiten in Nederlands-Indië tijdens de bersiap, is dat van kapt. Raymond Westerling. Diens bijzondere aanpak van terreur en intimidatie wordt heden ten dage nog bestudeerd en is qua succes nauwelijks geëvenaard. Niet iedereen is het daarmee overigens eens, maar soedah. In de Indische kring waarin ik ben opgegroeid, werd hij als een held beschouwd, en velen in mijn familie hebben zelf de terreur ondervonden waar hij met zijn DST tegen optrad. Een persoonlijke ontmoeting met hem (1984) heb ik als zeer bijzonder ervaren.
De letters op de grafsteen waren oorspronkelijk goudkleurig, en zijn later door verkleuring of aanpassing zwart geworden.
Ereveld Antjol (Jakarta): voormalige executieplaats aan de Javazee
PENELEH (Surabaya)
GRAVEN IN NEDERLAND
De Indische graven van, zeg maar, ‘de gewone mensen’ zijn in de eenvormigheid die menige begraafplaats in Nederland kenmerkt,
niet direct herkenbaar, behalve door een herkenbare geboorteplaats of functie, danwel door een eigen verhaal dat verteld wordt.
Vaak wordt verwezen naar de 2e Wereldoorlog. Hierbij enkele voorbeelden.
Hier rust onze lieve man en pappa |
Op de algemene begraafplaats in Zeist, bijgaand opvallend wit kruis zoals dat op de erevelden op Java gebruikelijk is.
De verwijzing naar het ereveld Pandu (Bandoeng) zegt eigenlijk al genoeg.
Zo oud als dit graf op de N.H. Begraafplaats van ‘s-Heerenberg vind je ze niet vaak.
N.H. BEGRAAFPLAATS, GINNEKEN (Breda)
De kleine begraafplaats die ligt aan de achterzijde van deze oude NH kerk aan de Duivelsbruglaan, maakt een dermate verwaarloosde indruk dat het de bedoeling lijkt af te stevenen op een ruiming van de graven. De zeer moeilijk leesbare graven lijken niet meer onderhouden te worden en schijnen te zijn overgelaten aan de verwoestende werking van de tand des tijds. De graven aan de voorzijde van de kerk zijn in een verder verleden (jaren 40 of 50) al geruimd. Dit heeft daar geleid tot het keurige grafloze grasveld waarlangs kerkgangers tegenwoordig hun gang naar de kerk maken. Daar is geen graf te zien, behalve het chassee-monument dat herinnert aan de strijd rond de citadel Antwerpen en de afscheiding van de zuidelijke Nederlanden.
Aan de achterzijde van de kerk liggen de resterende graven stil te verpieteren. Veel oude bomen met donkere hoeken waaronder de bemoste grafstenen gebukt gaan. De hoeveelheid graven met een Indische connotatie is opvallend. De reden hiervoor is mij niet geheel duidelijk. Veel (groot-)officiersgraven met oudgedienden uit het koloniale leger. Deze mannen hebben in turbulente tijden gediend in Atjeh, Boni, Zuid-Sumatra of Lombok. Er zitten ook 2 naaste familieleden bij (‘ Van de Ven’) waarvan de conduitestaat bekend is. Waarom zij, en al die andere oud-militairen nabij woonden en hier nu rusten, is mij onbekend. Mogelijk heeft de nabijheid van de KMA, hierbij destijds een rol gespeeld, of was er gewoon toevallig een clustering van oud-kolonialen rondom Breda en/of Ginneken? De nog aanwezige militaire graven dateren uit een periode waarin niet over het KNIL werd gesproken, maar over O.I.L. of simpelweg N.I.L.
PROT. BEGRAAFPLAATS HAAGVELD (Breda)
Hier liggen graven met bijzondere teksten erop: Mr. Cornelis, Kertosono, Bandoeng, Grissee, Djokjakarta, Batavia, Ambon, Pasoeroean, enz.
Zomaar wat geboorte plaatsnamen op de grafstenen. Plaatsnamen die niet alledaags zijn op de gemiddelde begraafplaats maar die je hier op Haagveld veelvuldig ziet. Naast het katholieke en islamitische deel van de begraafplaats ‘Zuylen’ aan de Haagweg in Breda, ligt het veel fraaiere protestantse gedeelte. Het is een oude begraafplaats die ooit veel grandeur moet hebben uitgestraald. Hier rijzen monumentale bomen op, althans wat ervan over is, want ooit waren er meer, een deel is gerooid. In tegenstelling tot de protestantse begraafplaats in het nabijgelegen Ginneken, wordt hier wel geprobeerd nieuw en oud met elkaar te vermengen. Een behoorlijk aantal recente graven. Maar gelukkig zijn er nog voldoende oude graven om te bewonderen. Opvallend is het vrij grote aantal graven van bestuurders en/of officieren die in Indië hebben gediend. De KMA zal hiermee te maken hebben. Een resident, meerdere MWO’s waaronder een MWO3 wat toch vrij bijzonder is, het komt allemaal vertrouwd over. Een groot aantal monumentale dekstenen van personen die bij leven behoorlijk wat te zeggen hadden, zijn nauwelijks nog leesbaar; je krijgt de indruk dat ze op de nominatie staan om geruimd te worden.
Hieronder enkele opvallende stenen met hun Nederlands-Indische verwijzing. Een bijzondere steen betreft P.J.T.A. Battaerd die had deelgenomen aan de 10 daagse veldtocht, maar die bij KB 8-5-1838 (nr. 72) de MWO4 ontving wegens zijn militaire rol aan Sumatra’s westkust (Bonjol). Ook bijzonder is N.I.L. kolonel F.P. Cavaljé die de MWO3 heeft ontvangen evenals de Eeresabel, eerst voor zijn rol op Z.O. Borneo (1863) en later voor betoonde dapperheid tijdens de 1e Atjeh-expeditie. Dat is de MWO dubbelop, zeg maar. Een groot militair. Genieten voor de liefhebber.
OUDE N.H. BEGRAAFPLAATS FANGMANWEG, OOSTERBEEK
Een zondermeer prachtige locatie voor een dodenakker in een lommerrijke en letterlijk verheven omgeving, zij het dat deze niet meer in gebruik is. Veel grote, oude bomen, veel typisch 19e eeuwse zerken en nog veel ijzeren hekwerken rondom graven. Hier rust als een van de weinigen met een Indische context, Augusta de Wit, schrijfster van talloze werken uit de Indische literatuur. Op hoeveel literatuurlijsten heeft ‘Orpheus in de dessa’ geprijkt? Als schrijfster is zij overigens in goed gezelschap van Jacob van Lennep wiens grafmonoment op een steenworp afstand onder plexiglas wordt beschermd tegen de elementen.
RUSTOORD, NIJMEGEN
Deze rustieke, ruim 110 jaar oude begraafplaats nabij het centrum van Nijmegen doet z’n naam alle eer aan. Het betreden van deze akker via de monumentale poort doet denken aan de doorgang bij het portaal van erebegraafplaats ‘Peutjoet’ in Atjeh, met dit verschil dat de hier aangebrachte teksten eerder een literair/filosofisch dan een miltair karakter dragen. Een buitengewoon nette en goed onderhouden begraafplaats. Naast vele moderne graven zijn er gelukkig nog vele oude en monumentale graven.
Diverse graven van personen met een Indisch verleden. Bekendste: Kolonel G.G.J. Notten, oprichter (1890) van het Korps Marechaussee te voet, het spraakmakende roemruchte keurkorps dat in de lange Atjehse oorlog op ongeëvenaarde wijze en ver z’n tijd vooruit, het tij kon keren en wist hoe om te gaan met asymmetrische oorlogsvoering. Al heette dat destijds niet zo. In niets is herkenbaar dat hier een destijds groot militair rust, de zwarte steen ziet er zo nieuw uit dat het lijkt alsof het graf vernieuwd is.
MOSCOWA, ARNHEM
Met de nabijheid van Bronbeek gedurende ruim een eeuw, zou je verwachten dat het op het grote Moscowa (sinds 1876) vol zou liggen met graven van oud strijders uit de diverse koloniale expedities in de archipel. Dat valt tegen. Navraag leert dat er geen aparte of speciale afdeling voor Bronbeekse militairen is (geweest). Waar zijn al die graven van al die generaties militairen?
Tot de allergrootsten uit de koloniale krijgshistorie, en die hier in een bescheiden onopvallend graf is bijgezet, behoort ongetwijfeld O.I.L. Luitenant-Generaal Karel van der Heijden, (‘Karel Eenoog’). Geen enkele verwijzing naar zijn meervoudige MWO-status of gedane veldtochten. Hij heeft vooral een grote rol in de Atjeh-oorlog gespeeld. Zijn strategie van voortdurend opjagen van de vijand is later door Van Heutsz en diens Marechaussee’s succesvol in praktijk gebracht.
Ook een Gouverneur-Generaal van Nederlands-Indie is hier te ruste gelegd. Het betreft hier Mr. L.A.J.W. Baron Sloet van de Beele, die in Buitenzorg resideerde van 1861 tot 1866.
Niet ver van het graf van Luitenant-Generaal van der Heijden, ligt het graf van de Gouverneur-Generaal Sloet van de Beele, die vrijwel gelijktijdig in Ned.Indie zijn carriere maakte. Nu rust de oud-GG eveneens op dit oudste deel van Moscowa. Daar is hij op zaterdagmiddag 13 december 1890 te ruste gelegd: Mr. Ludolf Anne Jan Wilt, Baron Sloet van de Beele (1806-1890).
Elders op dit oudste gedeelte van Moscowa, sporadisch nog enkele graven met een indische verwijzing van “gewone” stervelingen, hetzij door een geboorteplaats in de archipel, hetzij door een onmiskenbare functie. Verwijzingen naar het O.I. Leger zie je niet zo veel meer, en de plaatsnaam Panaroekan op graven is ook vrij zeldzaam:
OUDE BEGRAAFPLAATS DEVENTER, DIEPENVEENSEWEG
Deze totaal vervallen en overwoekerde begraafplaats uit 1831 ligt pal tegen het centrum van Deventer aan en is al bijna 100 jaar (sinds 1918) niet meer in gebruik.
De kwalificatie ‘mooiste begraafplaats van Nederland’ zou ik niet willen tegenspreken. Kwestie van smaak, dat weer wel. Wie van orde en regelmaat houdt, zal deze plaats niet bekoren. Hele gedeeltes zijn totaal overwoekerd door bosschages en de hemel erboven wordt overspand door het bladerdak van reuzen die er in de 19e eeuw al wortel hebben geschoten en die nu volledig de vrije loop worden gelaten met alle gevolgen van dien voor de stenen monumenten aan hun voeten. Het verval van de monumenten wordt toegelaten, zelfs bevorderd lijkt het.
Dit bijzondere, surrealistische decor doet denken aan en overtreft zelfs de (begin)scenes van de Thriller-clip van Michael Jackson, met de overwoekerde, schots en scheef staande zerken – of wat daarvan over is – waarover je lelijk kunt struikelen. Zelden zo’n symbiose gezien tussen de vergankelijkheid, de dood en de natuur die z’n verwoestende gang mag gaan en het weer in zich opneemt.
Hier rusten 2 gouverneurs-generaal. Althans, beide zijn destijds benoemd tot onderkoning van Nederlands-Indië, maar een daarvan zou Indië niet bereiken en komt daarom ook niet op de G.G.-lijsten voor. Hij overleed op 30 december 1850 in de haven van Nieuwediep nog voor hij zeil kon zetten naar Batavia. George Isaac Bruce rust hier nu onder een zuil, waarop aan 4 zijden de ingegraveerde tekst door de inwerking van 160 jaar Hollands weer bijna is weggevreten.
Mr. George Isaac Bruce Geboren te Deventer den 9 October !803 overleden den 30 December 1850 aan het Nieuwediep | Hij was een waardig Lid der Regtelijke Magt een standvastig en welsprekend volks vertegenwoordiger een Gouverneur aan wien Overijssel gaarne hare belangen zag toevertrouwd | Zijne vrienden en vereerders hebben dit gedenkteeken opgerigt. | Door den Koning tot Landvoogd van Nederlands Indie genoemd rukte de dood hem weg aan boord van de Oorlogskorvet Sumatra |
In plaats van zijn goede vriend Bruce, die voortijdig was overleden, werd een andere Deventenaar tot Gouverneur-Generaal benoemd: A.J. Duymaer van Twist.
Deze Gouverneur-Generaal die van 1851 tot 1855 in Buitenzorg zetelde, rust hier onder een naamloos graf, waar niets eraan herinnert dat hier de man is begraven die in de eindscène van het literaire werk ‘Koffieveilingen…’ weliswaar namens de koning, ooit over ‘dertig millioenen’ Indonesiërs heerste. Dit is de G.G. waarnaar gerefereerd wordt in de Max Havelaar. Over verval gesproken. Een onthutsend mica-bordje met de tekst ‘Graf niet betreden’, waarschijnlijk vanwege instortingsgevaar, is de enige tekst op dit graf, waar deze G.G. op 5 dec. 1887 is begraven. Of er ooit een heuse deksteen met tekst op heeft gelegen, is mij onbekend, maar het schijnt mij toe dat de man toch wel enige uiterlijk vertoon op zijn graf zou hebben gepland voor zijn dood. Aan het prijskaartje zal het niet hebben gelegen.
LEIDEN, GROENESTEEG
Deze oude, uit 1813 stammende begraafplaats die als een oase uit vervlogen tijden vlakbij het centrum van Leiden ligt, ademt een voorname sfeer en doet denken aan Diepenveenseweg in Deventer. Op beide monumentale begraafplaatsen wordt met veel zorg geprobeerd het historische karakter in stand te houden. In Groenesteeg wordt echter wel gerestaureerd en gerepareerd, terwijl in Deventer de natuur meer vrijheid krijgt.
In een hoek van Groenesteeg rust de bekende Islamkenner van weleer en adviseur van J.B. Van Heutsz tijdens een cruciaal stadium van de Atjeh-oorlog: C. Snouck Hungronje. Dichterbij belangrijke spelers uit die ca. 40-jarige Atjeh-oorlog kun je bijna niet komen. Niets van de graftekst verraadt iets over de achtergrond en prestaties van deze belangrijke speler in een van de grootste koloniale oorlogen die Nederland ooit gevoerd heeft.
WEZEP: IJSSELVLIEDT
Onder de rook van de vlakbij lopende A1 ligt tegenover het nabijgelegen Wezep in een landelijke omgeving deze wat aristocratisch
aandoende privé begraafplaats. Het exclusieve karakter en de beslotenheid van het met een hek en poort omgeven domein doen bij
het betreden enigszins aan de begraafplaats in ’s Lands Plantentuin in Buitenzorg denken. Op beide rusten een of meer Gouverneur-generaals.
Maar daar houdt verder alle gelijkenis op.
In het hieronder afgebeelde witte huisje rust achter een afgesloten metalen deur de oud Gouverneur-Generaal
van Nederlands-Indië mr. J.P. Graaf van Limburg Stirum (1873-1948) en echtgenote. Hij was G.G. van 1916-1922.
MIDDELBURG, NIEUWE KERK
Geen grafmonument, maar wel een gedenkplaat voor de in 1602 te Middelburg overleden Atjehse gezant Abdoel Hamid, die in de kerk die hiervoor op deze plaats stond, is bijgezet. Hij werd hier als moslim in de kerk begraven temidden van de destijds toch strikt in de leer veronderstelde protestanten in het Middelburgse anno 1602.
Dat moet toch wat voeten in de aarde hebben gehad. Bij de sloop van de voormalige Oude Kerk in ca. 1818 – zo’n 50 jaar voor de Atjehse perikelen – kon aan die misstand al of niet bewust een einde worden gemaakt, het oorspronkelijke graf is verloren gegaan. Het Peutjut-fonds heeft dit historische feit in 1978 met een gedenkplaat aan de vergetelheid ontrukt.
GRAVEN BUITEN NEDERLAND
Bijgaande graftekst trof ik aan op Curaçao. Algemeen bekend is dat in Indië nogal eens met namen, zowel voor- als achternamen is gegoocheld, de standaardregels leken er wat ruimer te worden toegepast.
Wellicht werd deze persoon door zijn naasten gewoon ‘Nappie’ genoemd.
Ereveld KARAKATTA, Perth, Western Australia
Graven op het Nederlandse ereveld naar aanleiding van de omgekomenen tijdens de luchtaanval op het Nederlandse contingent, te Broome,
3 maart 1942.